Top
  >  Zwanger   >  Tepelkloven: voorkomen & genezen

Voorkomen is beter dan genezen en dit geldt zeker voor tepelkloven. Veel vrouwen krijgen last van tepelkloven tijdens het geven van borstvoeding. Tepelkloven zijn pijnlijke scheurtjes in de tepel die ontstaan bij het geven van borstvoeding door veelal het verkeerd aanleggen van je baby. Tepelkloven kunnen voor flink veel pijn zorgen tijdens het geven van borstvoeding. 

Als je voor het eerst borstvoeding gaat geven, komt er veel op je af. Wat voor sommige vrouwen het meest intieme en fijne moment met hun newborn is, is voor anderen vrouwen een rollercoaster van pijn en (negatieve) emoties. Het ontstaan van tepelkloven kan hier een grote rol in spelen. 

Het is normaal dat je de eerste week na de bevalling last hebt van gevoelige tepels. Je tepels moeten simpelweg wennen aan de kracht die jouw kleintje uitoefent op jouw tepels. Ook je borsten kunnen zeer gaan doen vanwege de productie van de melk en de stuwing die plaatsvindt. Wanneer de pijn in je tepels na twee weken nog niet verminderd of weg is, kan het zijn dat je last hebt van tepelkloven.

Hoe herken je tepelkloven? 

Pijn in je tepels hoort na het aanleggen van de baby al snel te verminderen. Wanneer je last hebt van tepelkloven, zul je de pijn tijdens het voeden van je kindje alleen maar voelen toenemen. Ook kun je scheurtjes of wondjes op je tepel herkennen. 

Tepelkloven voorkomen 

Moeders die borstvoeding geven en last hebben van gevoelige en pijnlijke tepels worstelen vaak met veel emoties. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) adviseert om baby’s minimaal zes maanden uitsluitend borstvoeding te geven en als je met vaste voeding begint, borstvoeding te blijven geven tot twee jaar. Moeders zijn er vaak van overtuigd dat borstvoeding het beste is voor hun kindje en wanneer zij last hebben van tepelkloven leidt dit soms tot een moeilijk dilemma: door de pijn heen bijten of stoppen met borstvoeding. Een onnodig dilemma omdat tepelkloven goed voorkomen kunnen worden. 

Je kunt tepelkloven voorkomen door je baby goed aan te laten happen. Dit klinkt erg simpel en dat is het soms niet. Hoewel de borsten van de vrouw gemaakt zijn om te voeden zijn er tal van factoren waardoor het geven van borstvoeding, het produceren van moedermelk en / of het aanhappen van jouw kleintje bemoeilijken. Denk bijvoorbeeld aan een vertraagde melkstroom, beperkte melkproductie door complicaties tijdens de bevalling, een te kort tongriempje bij de baby en/of andere medische oorzaken bij jou of je baby. Ook spruw kan ervoor zorgen dat er tepelkloven ontstaan.

Naast het goed aanhappen van de baby is het goed om veel katoenen bh’s te dragen, te zorgen voor droge zoogcompressen (die verwissel je dus heel erg vaak), je tepels voldoende te laten luchten (slaap dus bij voorkeur zonder bh) en te zorgen dat je baby in een goede houding drinkt en niet wegglijdt (dit hoort bij het goed aan kunnen happen).